De Lorijn Accountants

  • HOME
  • OVER ONS
    • DE LORIJN ACCOUNTANTS
    • RPD FISCAAL
  • DIENSTEN
    • ADVISERING
    • BEGELEIDEN START-UP
    • ADMINISTRATIE
    • FISCALE WERKZAAMHEDEN
    • JAARREKENING
    • SALARISADMINISTRATIE
    • OVERSTAPSERVICE
    • OVERIG
  • FISCALE CIJFERS
    • BOX 1 | INKOMEN UIT WERK EN WONING
    • BOX 2 | AANMERKELIJK BELANG
    • BOX 3 | INKOMEN UIT SPAREN/BELEGGEN
    • ERF- EN SCHENKBELASTING
    • OMZETBELASTING
    • PERSONEEL
    • VENNOOTSCHAPSBELASTING
    • DIVERSEN
  • NIEUWS
    • ACTUALITEITEN
    • PUBLICATIES
  • DOWNLOADS
  • CONTACT
    • INSCHRIJVING NIEUWSBRIEF
    • ROUTE
    • KLACHTEN
    • VACATURES

Heffingskorting Inkomstenbelasting

Bedragen heffingskortingen 2021

Heffingskorting Jonger dan AOW-leeftijdAOW-leeftijd en ouder
2021        20202021        2020
Maximale algemene heffingskorting lagere inkomen€ 2.837€ 2.711€ 1.469€ 1.413
Maximale arbeidskorting lagere inkomens€ 4.205€ 3.819€ 2.178€ 1.989
Maximale inkomensafhankelijke combinatiekorting€ 2.815€ 2.881€ 2.815€ 2.881
Jonggehandicaptenkorting€ 761€ 749
Ouderenkorting€ 1.703€ 1.622
Ouderenkorting boven een inkomen van € 37.970 (2020: € 37.372)€ 0€ 0
Alleenstaande ouderenkorting€ 443€ 436
Korting groene beleggingen0.7%¹0.7%¹0.7%¹0.7%¹
Levensloopkorting (per jaar van deelname tot 2012)€ 223€ 219

¹ van de vrijstelling in box 3

Algemene Heffingskorting

Tot en met een belastbaar inkomen van € 21.043 (2020: € 20.711) uit werk en woning bedraagt de algemene heffingskorting € 2.837 (2020: € 2.711). Boven een inkomen van € 21.043 (2020: € 20.711) wordt de algemene heffingskorting lager naarmate het belastbare inkomen uit werk en woning stijgt. Het maximumbedrag van € 2.837 (2020: € 2.711) wordt verlaagd met 5,977% (2020: 5,672%) van het gedeelte van het belastbare inkomen uit werk en woning dat meer bedraagt dan € 21.043 (2020: € 20.711). De algemene heffingskorting kan uiteindelijk afbouwen tot nihil. In 2021 is dit bij een belastbaar inkomen van € 68.507.

De uitbetaalbaarheid van de algemene heffingskorting aan de minstverdienende partner wordt afgebouwd in 15 jaar tijd met 6,67% per jaar. De afbouw is gestart in 2009. Dit betekent dat er in 2021 ten hoogste 13,33% (2020: 20,00%) van de algemene heffingskorting wordt uitbetaald aan de minstverdienende partner. Deze afbouw geldt niet voor de belastingplichtige die geboren is voor 1 januari 1963.

Arbeidskorting

Voor arbeidsinkomens boven de € 35.652 (2020: € 34.954) wordt de arbeidskorting afgebouwd tot nihil. Het maximumbedrag van € 4.205 (2020: € 3.819 ) wordt verlaagd met 6,0% (2020: 6,0%) van het arbeidsinkomen boven de € 35.652 (2020: € 34.954).

De inkomensafhankelijke combinatiekorting

De inkomensafhankelijke combinatiekorting geldt voor minstverdienende partners en alleenstaande ouders die de zorg hebben voor kinderen onder de 12 jaar. Het basisbedrag van deze heffingskorting is in 2020 komen te vervallen. Nu geldt dat vanaf € 5.153 (2020: € 5.072) met een opbouwpercentage van 11,45% wordt opgebouwd tot een maximale korting van € 2.815 (2020: € 2.881).

Jonggehandicaptenkorting

De jonggehandicaptenkorting bedraagt € 761 (2020: € 749) en geldt voor de belastingplichtige die in het kalenderjaar recht heeft op een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (een zogenoemde Wajonguitkering), tenzij voor hem de ouderenkorting geldt. Belastingplichtigen komen ook voor de jonggehandicaptenkorting in aanmerking, indien weliswaar recht bestaat op een Wajonguitkering, maar niet daadwerkelijk een Wajonguitkering wordt ontvangen vanwege het hebben van een andere uitkering of ander inkomen uit arbeid.

Ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de ouderenkorting als hij op 31 december 2020 de AOW leeftijd heeft bereikt en een verzamelinkomen heeft van niet meer dan € 37.970 (2020: € 37.372). De ouderenkorting bedraagt € 1.703 (2020: € 1.622). De ouderenkorting bedraagt € 0 bij een inkomen boven de € 37.970 (2020: € 37.372).

Alleenstaande ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de alleenstaande ouderenkorting als hij recht heeft op een AOW-uitkering voor alleenstaanden. De alleenstaande ouderenkorting bedraagt € 443 (2020: € 436).

Korting voor groene beleggingen

Per 1 januari 2013 is er uitsluitend een heffingskorting voor de belastingplichtige met groene beleggingen. De korting bedraagt in 2021 0,7% (2020: 0,7%) van het bedrag dat daarvoor is vrijgesteld op grond van de bepalingen in box 3.

Levensloopverlofkorting

De levensloopregeling is afgeschaft per 1 januari 2012. De levensloopverlofkorting vervalt daardoor ook. De in het verleden opgebouwde levensloopverlofkorting blijft intact voor deelnemers die op 31 december 2011 een saldo op hun levensloopregeling hebben staan. Deze deelnemers mogen tot en met 31 december 2021 blijven inleggen, tenzij ze inmiddels gebruik hebben gemaakt van de 80%-regeling.

De levensloopverlofkorting is gelijk aan het bedrag van het opgenomen levenslooptegoed, maar ten hoogste € 223 (2020: € 219) per jaar waarin vóór 1 januari 2012 is gestort in de levensloopregeling. Bedragen aan levensloopverlofkorting die in voorafgaande jaren al zijn genoten worden in mindering gebracht.

Bedragen heffingskortingen 2020

Heffingskorting Jonger dan AOW-leeftijdAOW-leeftijd en ouder
2020        20192020        2019
Maximale algemene heffingskorting lagere inkomen€ 2.711€ 2.477€ 1.413€ 1.268
Maximale arbeidskorting lagere inkomens€ 3819€ 3.399€ 1.989€ 1.740
Maximale inkomensafhankelijke combinatiekorting€ 2.881€ 2.835€ 2.881€ 2.835
Jonggehandicaptenkorting€ 749€ 737
Ouderenkorting€ 1.622€ 1.596
Ouderenkorting boven een inkomen van € 37.372 (2019: € 36.783)€ 0€ 0
Alleenstaande ouderenkorting€ 436€ 429
Korting groene beleggingen0.7%¹0.7%¹0.7%¹0.7%¹
Levensloopkorting (per jaar van deelname tot 2012)€ 219€ 215

¹ van de vrijstelling in box 3

Algemene Heffingskorting

Tot en met een belastbaar inkomen van € 20.711 (2019: € 20.384) uit werk en woning bedraagt de algemene heffingskorting € 2.711 (2019: € 2.477). Boven een inkomen van € 20.711 (2019: € 20.384) wordt de algemene heffingskorting lager naarmate het belastbare inkomen uit werk en woning stijgt. Het maximumbedrag van € 2.711 (2019: € 2.477) wordt verlaagd met 5,672% (2019: 45,147%) van het gedeelte van het belastbare inkomen uit werk en woning dat meer bedraagt dan € 20.711 (2019: € 20.384). De algemene heffingskorting kan uiteindelijk afbouwen tot nihil. In 2020 i dit bij een belastbaar inkomen van € 68.507.

De uitbetaalbaarheid van de algemene heffingskorting aan de minstverdienende partner wordt afgebouwd in 15 jaar tijd met 6,67% per jaar. De afbouw is gestart in 2009. Dit betekent dat er in 2020 ten hoogste 20,0% (2019: 26,67%) van de algemene heffingskorting wordt uitbetaald aan de minstverdienende partner. Deze afbouw geldt niet voor de belastingplichtige die geboren is voor 1 januari 1963.

Arbeidskorting

Voor arbeidsinkomens boven de € 34.954 (2019: € 34.060) wordt de arbeidskorting afgebouwd tot nihil. Het maximumbedrag van € 3.595 (2019: € 3.399 ) wordt verlaagd met 6,0% (2019: 6,0%) van het arbeidsinkomen boven de € 34.954 (2019: € 34.060).

De inkomensafhankelijke combinatiekorting

De inkomensafhankelijke combinatiekorting geldt voor minstverdienende partners en alleenstaande ouders die de zorg hebben voor kinderen onder de 12 jaar. Het basisbedrag van deze heffingskorting is in 2019 komen te vervallen. Nu geldt dat vanaf € 5.072 (2019: € 4.993) met een opbouwpercentage van 11,45% wordt opgebouwd tot een maximale korting van € 2.881 (2019: € 2.835).

Jonggehandicaptenkorting

De jonggehandicaptenkorting bedraagt € 749 (2019: € 737) en geldt voor de belastingplichtige die in het kalenderjaar recht heeft op een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (een zogenoemde Wajonguitkering), tenzij voor hem de ouderenkorting geldt. Belastingplichtigen komen ook voor de jonggehandicaptenkorting in aanmerking, indien weliswaar recht bestaat op een Wajonguitkering, maar niet daadwerkelijk een Wajonguitkering wordt ontvangen vanwege het hebben van een andere uitkering of ander inkomen uit arbeid.

Ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de ouderenkorting als hij op 31 december 2019 de AOW leeftijd heeft bereikt en een verzamelinkomen heeft van niet meer dan € 37.372 (2019: € 36.783). De ouderenkorting bedraagt € 1.622 (2019: € 1.596). De ouderenkorting bedraagt € 0 bij een inkomen boven de € 37.372 (2019: € 36.783).

Alleenstaande ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de alleenstaande ouderenkorting als hij recht heeft op een AOW-uitkering voor alleenstaanden. De alleenstaande ouderenkorting bedraagt € 436 (2019: € 429).

Korting voor groene beleggingen

Per 1 januari 2013 is er uitsluitend een heffingskorting voor de belastingplichtige met groene beleggingen. De korting bedraagt in 2020 0,7% (2019: 0,7%) van het bedrag dat daarvoor is vrijgesteld op grond van de bepalingen in box 3.

Levensloopverlofkorting

De levensloopregeling is afgeschaft per 1 januari 2012. De levensloopverlofkorting vervalt daardoor ook. De in het verleden opgebouwde levensloopverlofkorting blijft intact voor deelnemers die op 31 december 2011 een saldo op hun levensloopregeling hebben staan. Deze deelnemers mogen tot en met 31 december 2021 blijven inleggen, tenzij ze inmiddels gebruik hebben gemaakt van de 80%-regeling.

De levensloopverlofkorting is gelijk aan het bedrag van het opgenomen levenslooptegoed, maar ten hoogste € 219 (2019: € 215) per jaar waarin vóór 1 januari 2012 is gestort in de levensloopregeling. Bedragen aan levensloopverlofkorting die in voorafgaande jaren al zijn genoten worden in mindering gebracht.

Bedragen heffingskortingen 2019

Heffingskorting Jonger dan AOW-leeftijdAOW-leeftijd en ouder
2019        20182019        2018
Maximale algemene heffingskorting lagere inkomen€ 2.477€ 2.265€ 1.268€ 1.157
Maximale arbeidskorting lagere inkomens€ 3.399€ 3.249€ 1.740€ 1.659
Maximale inkomensafhankelijke combinatiekorting€ 2.835€ 2.801€ 2.835€ 2.801
Jonggehandicaptenkorting€ 737€ 728
Ouderenkorting€ 1.596€ 1.418
Ouderenkorting boven een inkomen van € 36.783 (2016: € 36.346)€ 0€ 72
Alleenstaande ouderenkorting€ 429€ 423
Korting groene beleggingen0.7%¹0.7%¹0.7%¹0.7%¹
Levensloopkorting (per jaar van deelname tot 2012)€ 215€ 212

¹ van de vrijstelling in box 3

Algemene Heffingskorting

Tot en met een belastbaar inkomen van € 20.384 (2018: € 20.142) uit werk en woning bedraagt de algemene heffingskorting € 2.477 (2018: € 2.265). Boven een inkomen van € 20.384 (2018: € 20.142) wordt de algemene heffingskorting lager naarmate het belastbare inkomen uit werk en woning stijgt. Het maximumbedrag van € 2.477 (2018: € 2.265) wordt verlaagd met 5,147% (2018: 4,683%) van het gedeelte van het belastbare inkomen uit werk en woning dat meer bedraagt dan € 20.384 (2018: € 20.142). De algemene heffingskorting kan uiteindelijk afbouwen tot nihil.

De uitbetaalbaarheid van de algemene heffingskorting aan de minstverdienende partner wordt afgebouwd in 15 jaar tijd met 6,67% per jaar. De afbouw is gestart in 2009. Dit betekent dat er in 2019 ten hoogste 26,67% (2018: 33,33%) van de algemene heffingskorting wordt uitbetaald aan de minstverdienende partner. Deze afbouw geldt niet voor de belastingplichtige die geboren is voor 1 januari 1963.

Arbeidskorting

Voor arbeidsinkomens boven de € 34.060 (2018: € 33.112) wordt de arbeidskorting afgebouwd tot nihil. Het maximumbedrag van € 3.399 (2018: € 3.249) wordt verlaagd met 6,0% (2018: 3,6%) van het arbeidsinkomen boven de € 34.060 (2018: € 33.112).

De inkomensafhankelijke combinatiekorting

De inkomensafhankelijke combinatiekorting geldt voor minstverdienende partners en alleenstaande ouders die de zorg hebben voor kinderen onder de 12 jaar. Het basisbedrag van deze heffingskorting is in 2019 komen te vervallen. Nu geldt dat vanaf € 4.993 met een opbouwpercentage van 11,45% wordt opgebouwd tot een maximale korting van € 2.835. In 2018 was er nog wel sprake van een basisbedrag. Deze bedroeg: € 1.052 indien met werken een arbeidsinkomen van minimaal € 4.934 werd verdiend of indien er recht bestond op de zelfstandigenaftrek). Voor elke euro die meer werd verdient dan € 4.934 liep de inkomensafhankelijke combinatiekorting met 6,159%  op tot maximaal € 2.801.

Jonggehandicaptenkorting

De jonggehandicaptenkorting bedraagt € 737 (2018: € 728) en geldt voor de belastingplichtige die in het kalenderjaar recht heeft op een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (een zogenoemde Wajonguitkering), tenzij voor hem de ouderenkorting geldt. Belastingplichtigen komen ook voor de jonggehandicaptenkorting in aanmerking, indien weliswaar recht bestaat op een Wajonguitkering, maar niet daadwerkelijk een Wajonguitkering wordt ontvangen vanwege het hebben van een andere uitkering of ander inkomen uit arbeid.

Ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de ouderenkorting als hij op 31 december 2018 de AOW leeftijd heeft bereikt en een verzamelinkomen heeft van niet meer dan € 36.783 (2018: € 36.346). De ouderenkorting bedraagt € 1.596 (2018: € 1.418). De ouderenkorting bedraagt € 0 (2018: € 72) bij een inkomen boven de € 36.783 (2018: € 36.346).

Alleenstaande ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de alleenstaande ouderenkorting als hij recht heeft op een AOW-uitkering voor alleenstaanden. De alleenstaande ouderenkorting bedraagt € 429 (2018: € 423).

Korting voor groene beleggingen

Per 1 januari 2013 is er uitsluitend een heffingskorting voor de belastingplichtige met groene beleggingen. De korting bedraagt in 2019 0,7% (2018: 0,7%) van het bedrag dat daarvoor is vrijgesteld op grond van de bepalingen in box 3.

Levensloopverlofkorting

De levensloopregeling is afgeschaft per 1 januari 2012. De levensloopverlofkorting vervalt daardoor ook. De in het verleden opgebouwde levensloopverlofkorting blijft intact voor deelnemers die op 31 december 2011 een saldo op hun levensloopregeling hebben staan. Deze deelnemers mogen tot en met 31 december 2021 blijven inleggen, tenzij ze inmiddels gebruik hebben gemaakt van de 80%-regeling.

De levensloopverlofkorting is gelijk aan het bedrag van het opgenomen levenslooptegoed, maar ten hoogste € 215 (2018: € 212) per jaar waarin vóór 1 januari 2012 is gestort in de levensloopregeling. Bedragen aan levensloopverlofkorting die in voorafgaande jaren al zijn genoten worden in mindering gebracht.

Bedragen heffingskortingen 2018

Heffingskorting Jonger dan AOW-leeftijdAOW-leeftijd en ouder
2018        20172018        2017
Maximale algemene heffingskorting lagere inkomen€ 2.265€ 2.254€ 1.157€ 1.151
Maximale arbeidskorting lagere inkomens€ 3.249€ 3.223€ 1.659€ 1.645
Maximale werkbonusvervallen€ 1.119
Maximale inkomensafhankelijke combinatiekorting€ 2.801€ 2.778€ 1.431€ 1.419
Jonggehandicaptenkorting€ 728€ 722
Ouderenkorting€ 1.418€ 1.292
Ouderenkorting boven een inkomen van € 36.346 (2016: € 36.057)€ 72€ 71
Alleenstaande ouderenkorting€ 423€ 438
Korting groene beleggingen0.7%¹0.7%¹0.7%¹0.7%¹
Levensloopkorting (per jaar van deelname tot 2012)€ 212€ 210

¹ van de vrijstelling in box 3

Algemene Heffingskorting

Tot en met een belastbaar inkomen van € 20.142 (2017: € 19.982) uit werk en woning bedraagt de algemene heffingskorting € 2.265 (2017: € 2.254). Boven een inkomen van € 20.142 (2017:
€ 19.982) wordt de algemene heffingskorting lager naarmate het belastbare inkomen uit werk en woning stijgt. Het maximumbedrag van € 2.265 (2017: € 2.254) wordt verlaagd met 4,683% (2017: 4,787%) van het gedeelte van het belastbare inkomen uit werk en woning dat meer bedraagt dan € 20.142 (2017: € 19.982). De algemene heffingskorting kan uiteindelijk afbouwen tot nihil.

De uitbetaalbaarheid van de algemene heffingskorting aan de minstverdienende partner wordt afgebouwd in 15 jaar tijd met 6,67% per jaar. De afbouw is gestart in 2009. Dit betekent dat er in 2018 ten hoogste 33,33% (2017: 40%) van de algemene heffingskorting wordt uitbetaald aan de minstverdienende partner. Deze afbouw geldt niet voor de belastingplichtige die geboren is voor 1 januari 1963.

Arbeidskorting

Voor arbeidsinkomens boven de € 33.112 (2017: € 32.444) wordt de arbeidskorting afgebouwd tot nihil. Het maximumbedrag van € 3.249 (2017: € 3.223) wordt verlaagd met 3,6% (2017: 3,6%) van het arbeidsinkomen boven de € 33.112 (2017: € 32.444).

Werkbonus

De werkbonus wordt sinds 1 januari 2015 uitgefaseerd en zal per 2018 geheel afgeschaft zijn.

De inkomensafhankelijke combinatiekorting

De inkomensafhankelijke combinatiekorting geldt voor minstverdienende partners en alleenstaande ouders die de zorg hebben voor kinderen onder de 12 jaar. Het basisbedrag van deze heffingskorting is € 1.052 (2017: € 1.043) indien met werken een arbeidsinkomen van minimaal € 4.934 (2017: € 4.895) wordt verdiend of indien er recht bestaat op de zelfstandigenaftrek. Voor elke euro die meer wordt verdiend dan € 4.934 (2017: € 4.895) loopt de inkomensafhankelijke combinatiekorting met 6,159% (2017: 6,159%)  op tot maximaal € 2.801 (2017: € 2.778).

Jonggehandicaptenkorting

De jonggehandicaptenkorting bedraagt € 728 (2017: € 722) en geldt voor de belastingplichtige die in het kalenderjaar recht heeft op een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (een zogenoemde Wajonguitkering), tenzij voor hem de ouderenkorting geldt. Belastingplichtigen komen ook voor de jonggehandicaptenkorting in aanmerking, indien weliswaar recht bestaat op een Wajonguitkering, maar niet daadwerkelijk een Wajonguitkering wordt ontvangen vanwege het hebben van een andere uitkering of ander inkomen uit arbeid.

Ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de ouderenkorting als hij op 31 december 2017 de AOW leeftijd heeft bereikt en een verzamelinkomen heeft van niet meer dan € 36.346 (2017: € 36.057). De ouderenkorting bedraagt € 1.418 (2017: € 1.292). De ouderenkorting bedraagt € 72 (2017: € 71) bij een inkomen boven de € 36.346 (2017: € 36.057).

Alleenstaande ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de alleenstaande ouderenkorting als hij recht heeft op een AOW-uitkering voor alleenstaanden. De alleenstaande ouderenkorting bedraagt € 423 (2017: € 438).

Korting voor groene beleggingen

Per 1 januari 2013 is er uitsluitend een heffingskorting voor de belastingplichtige met groene beleggingen. De korting bedraagt in 2018 0,7% (2017: 0,7%) van het bedrag dat daarvoor is vrijgesteld op grond van de bepalingen in box 3.

Levensloopverlofkorting

De levensloopregeling is afgeschaft per 1 januari 2012. De levensloopverlofkorting vervalt daardoor ook. De in het verleden opgebouwde levensloopverlofkorting blijft intact voor deelnemers die op 31 december 2011 een saldo op hun levensloopregeling hebben staan. Deze deelnemers mogen tot en met 31 december 2021 blijven inleggen, tenzij ze inmiddels gebruik hebben gemaakt van de 80%-regeling.

De levensloopverlofkorting is gelijk aan het bedrag van het opgenomen levenslooptegoed, maar ten hoogste € 212 (2017: € 210) per jaar waarin vóór 1 januari 2012 is gestort in de levensloopregeling. Bedragen aan levensloopverlofkorting die in voorafgaande jaren al zijn genoten worden in mindering gebracht.

Bedragen heffingskortingen 2017

Heffingskorting Jonger dan AOW-leeftijdAOW-leeftijd en ouder
2017        20162017        2016
Maximale algemene heffingskorting lagere inkomen€ 2.254€ 2.242€ 1.151€ 1.145
Maximale algemene heffingskorting hogere inkomens----
Maximale arbeidskorting lagere inkomens€ 3.223€ 3.103€ 1.645€ 1.585
Maximale arbeidskorting hogere inkomens----
Maximale werkbonus€ 1.119€ 1.119
Maximale inkomensafhankelijke combinatiekorting€ 2.778€ 2.769€ 1.419€ 1.413
Jonggehandicaptenkorting€ 722€ 719
Ouderenkorting€ 1.292€ 1.187
Ouderenkorting boven een inkomen van € 36.057 (2016: € 35.949)€ 71€ 70
Alleenstaande ouderenkorting€ 438€ 436
Korting groene beleggingen0.7%¹0.7%¹0.7%¹0.7%¹
Levensloopkorting (per jaar van deelname tot 2012)€ 210€ 209

¹ van de vrijstelling in box 3

Algemene Heffingskorting

Vanaf een inkomen van € 19.982 (2016: € 19.922) wordt de algemene heffingskorting lager naarmate het belastbare inkomen uit werk en woning stijgt. Vanaf dit bedrag wordt de algemene heffingskorting afgebouwd met 4,787% (2016: 4,822%). De algemene heffingskorting kan uiteindelijk afbouwen tot nihil. Zie voor de overige bedragen van de algemene heffingskorting de overzichtstabel.

De uitbetaling van de algemene heffingskorting aan de minstverdienende partner wordt afgebouwd in 15 jaar tijd met 6,67% per jaar. De afbouw is gestart in 2009. Dit betekent dat er in 2017 ten hoogste 40% (2016: 46 2/3%) of € 902 (2016: € 1.047) van de algemene heffingskorting wordt uitbetaald aan de minstverdienende partner. Deze afbouw geldt niet voor de belastingplichtige die geboren is vóór 1 januari 1963.

Arbeidskorting

Met ingang van 2014 wordt de arbeidskorting voor hogere inkomens in drie stappen verder afgebouwd, uiteindelijk tot nihil.

Per 1 januari 2017 start de afbouw (3,6% (2016: 4%) van het deel van het arbeidsinkomen dat hoger is dan het drempelbedrag) van de arbeidskorting bij een inkomen van € 32.444 (2016: € 34.015). Zie voor de overige bedragen van de arbeidskorting de overzichtstabel.

Werkbonus

De werkbonus is vervallen per 1 januari 2015. Mensen die op 1 januari 2017 63 of ouder zijn, kunnen in aanmerking blijven komen voor deze heffingskorting. Elk jaar schuift de grens een jaar op waardoor er geen “nieuwe gevallen” meer bij komen. In 2018 zal de werkbonus geheel afgeschaft zijn.

De inkomensafhankelijke combinatiekorting

De inkomensafhankelijke combinatiekorting geldt voor minstverdienende partners en alleenstaande ouders die de zorg hebben voor kinderen onder de 12 jaar. Het basisbedrag van deze heffingskorting is € 1.043 (2016: € 1.039) indien met werken een arbeidsinkomen van minimaal € 4.895 (2016: € 4.881) wordt verdiend of indien er recht bestaat op de zelfstandigenaftrek. Voor elke euro die meer wordt verdiend dan € 4.895 (2016: € 4.881) loopt de inkomensafhankelijke combinatiekorting met 6,159% (2016: 6,159%)  op tot maximaal € 2.778 (2016: € 2.769).

Jonggehandicaptenkorting

De jonggehandicaptenkorting bedraagt € 722 (2016: € 719) en geldt voor de belastingplichtige die in het kalenderjaar recht heeft op een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (een zogenoemde Wajonguitkering), tenzij voor hem de ouderenkorting geldt. Belastingplichtigen komen ook voor de jonggehandicaptenkorting in aanmerking, indien weliswaar recht bestaat op een Wajonguitkering, maar niet daadwerkelijk een Wajonguitkering wordt ontvangen vanwege het hebben van een andere uitkering of ander inkomen uit arbeid.

Ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de ouderenkorting als hij op 31 december 2016 de AOW leeftijd heeft bereikt en een verzamelinkomen heeft van niet meer dan € 36.057 (2016: € 35.949). De ouderenkorting bedraagt € 1.292 (2016: € 1.187). De ouderenkorting bedraagt € 71 (2016: € 70) bij een inkomen boven de € 36.057 (2016: € 35.949).

Alleenstaande ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de alleenstaande ouderenkorting als hij recht heeft op een AOW-uitkering voor alleenstaanden. De alleenstaande ouderenkorting bedraagt € 438 (2016: € 436).

Korting voor groene beleggingen

Per 1 januari 2013 is er uitsluitend een heffingskorting voor de belastingplichtige met groene beleggingen. De korting bedraagt in 2017 0,7% (2016: 0,7%) van het bedrag dat daarvoor is vrijgesteld op grond van de bepalingen in box 3.

Levensloopverlofkorting

De levensloopregeling is afgeschaft per 1 januari 2012. De levensloopverlofkorting vervalt daardoor ook. De in het verleden opgebouwde levensloopverlofkorting blijft intact voor deelnemers die op 31 december 2011 een saldo op hun levensloopregeling hebben staan. Deze deelnemers mogen tot en met 31 december 2021 blijven inleggen, tenzij ze inmiddels gebruik hebben gemaakt van de 80%-regeling.

De levensloopverlofkorting is gelijk aan het bedrag van het opgenomen levenslooptegoed, maar ten hoogste € 210 (2016: € 209) per jaar waarin vóór 1 januari 2012 is gestort in de levensloopregeling. Bedragen aan levensloopverlofkorting die in voorafgaande jaren al zijn genoten worden in mindering gebracht.

Bedragen heffingskortingen 2016

Heffingskorting Jonger dan AOW-leeftijdAOW-leeftijd en ouder
2016        20152016        2015
Maximale algemene heffingskorting lagere inkomen€ 2.242€ 2.203€ 1.145€ 1.123
Maximale algemene heffingskorting hogere inkomens-€ 1.342-€ 685
Maximale arbeidskorting lagere inkomens€ 3.103€ 2.220€ 1.585€ 1.132
Maximale arbeidskorting hogere inkomens-€ 184-€ 94
Maximale werkbonus€ 1.119€ 1.119
Maximale inkomensafhankelijke combinatiekorting€ 2.769€ 2.152€ 1.413€ 1.097
Jonggehandicaptenkorting€ 719€ 715
Ouderenkorting€ 1.187€ 1.042
Ouderenkorting boven een inkomen van € 35.949 (2015: € 35.770)€ 70€ 152
Alleenstaande ouderenkorting€ 436€ 433
Korting groene beleggingen0.7%¹0.7%¹0.7%¹0.7%¹
Tijdelijke heffingskorting voor VUT en prepensioen-€ 61
Levensloopkorting (per jaar van deelname tot 2012)€ 209€ 207

¹ van de vrijstelling in box 3

Algemene Heffingskorting

Vanaf een inkomen van € 19.922 (2015: € 19.822) wordt de algemene heffingskorting lager naarmate het belastbare inkomen uit werk en woning stijgt. Vanaf dit bedrag wordt de algemene heffingskorting afgebouwd met 4,822% (2015: 2,32%). De algemene heffingskorting kan uiteindelijk afbouwen tot nihil. Zie voor de overige bedragen van de algemene heffingskorting de overzichtstabel.

De uitbetaling van de algemene heffingskorting aan de minstverdienende partner wordt afgebouwd in 15 jaar tijd met 6,67% per jaar. De afbouw is gestart in 2009. Dit betekent dat er in 2016 ten hoogste 46 2/3% (2015: 53 1/3%) of € 1.047 (2015: € 1.175) van de algemene heffingskorting wordt uitbetaald aan de minstverdienende partner. Deze afbouw geldt niet voor de belastingplichtige die geboren is vóór 1 januari 1963.

Arbeidskorting

Met ingang van 2014 wordt de arbeidskorting voor hogere inkomens in drie stappen verder afgebouwd, uiteindelijk tot nihil.

Per 1 januari 2016 start de afbouw (4% van het deel van het arbeidsinkomen dat hoger is dan het drempelbedrag) van de arbeidskorting bij een inkomen van € 34.015 (2015: € 49.770). Zie voor de overige bedragen van de arbeidskorting de overzichtstabel.

Werkbonus

De werkbonus is vervallen per 1 januari 2015. Mensen die op 1 januari 2016 62 of ouder zijn, kunnen in aanmerking blijven komen voor deze heffingskorting. Elk jaar schuift de grens een jaar op waardoor er geen “nieuwe gevallen” meer bij komen. In 2018 zal de werkbonus geheel afgeschaft zijn.

De inkomensafhankelijke combinatiekorting

De inkomensafhankelijke combinatiekorting geldt voor minstverdienende partners en alleenstaande ouders die de zorg hebben voor kinderen onder de 12 jaar. Het basisbedrag van deze heffingskorting is € 1.039 (2015: € 1.033) indien met werken een arbeidsinkomen van minimaal € 4.881 (2015: € 4.857) wordt verdiend of indien er recht bestaat op de zelfstandigenaftrek. Voor elke euro die meer wordt verdiend dan € 4.881 (2015: € 4.857) loopt de inkomensafhankelijke combinatiekorting met 6,159% (2015: 4%)  op tot maximaal € 2.769 (2015: € 2.152).

Jonggehandicaptenkorting

De jonggehandicaptenkorting bedraagt € 719 (2015: € 715) en geldt voor de belastingplichtige die in het kalenderjaar recht heeft op een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (een zogenoemde Wajonguitkering), tenzij voor hem de ouderenkorting geldt. Belastingplichtigen komen ook voor de jonggehandicaptenkorting in aanmerking, indien weliswaar recht bestaat op een Wajonguitkering, maar niet daadwerkelijk een Wajonguitkering wordt ontvangen vanwege het hebben van een andere uitkering of ander inkomen uit arbeid.

Ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de ouderenkorting als hij op 31 december 2015 de AOW leeftijd heeft bereikt en een verzamelinkomen heeft van niet meer dan € 35.949 (2015: € 35.770). De ouderenkorting bedraagt € 1.187 (2015: € 1.042). De ouderenkorting bedraagt € 70 (2015: € 152) bij een inkomen boven de € 35.949.

Alleenstaande ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de alleenstaande ouderenkorting als hij recht heeft op een AOW-uitkering voor alleenstaanden. De alleenstaande ouderenkorting bedraagt € 436 (2015: € 433).

Korting voor groene beleggingen

Per 1 januari 2013 is er uitsluitend een heffingskorting voor de belastingplichtige met groene beleggingen. De korting bedraagt in 2016 0,7% (2015: 0,7%) van het bedrag dat daarvoor is vrijgesteld op grond van de bepalingen in box 3.

Tijdelijke heffingskorting voor VUT en Prepensioen

De tijdelijke heffingskorting voor VUT en prepensioen is per 1 januari 2016 vervallen. De korting in 2015 geldt voor de belastingplichtige die de AOW-leeftijd nog niet heeft bereikt en die een uitkering geniet ingevolge een pensioenregeling of een regeling voor vervroegde uittreding waarop de inkomensafhankelijke bijdrage voor de ZVW wordt ingehouden. De heffingskorting bedraagt in 2015 0,33% van deze uitkeringen met in 2015 een maximum van € 61.

Levensloopverlofkorting

De levensloopregeling is afgeschaft per 1 januari 2012. De levensloopverlofkorting vervalt daardoor ook. De in het verleden opgebouwde levensloopverlofkorting blijft intact voor deelnemers die op 31 december 2011 een saldo op hun levensloopregeling hebben staan. Deze deelnemers mogen tot en met 31 december 2021 blijven inleggen, tenzij ze inmiddels gebruik hebben gemaakt van de 80%-regeling.

De levensloopverlofkorting is gelijk aan het bedrag van het opgenomen levenslooptegoed, maar ten hoogste € 209 (2015: € 207) per jaar waarin vóór 1 januari 2012 is gestort in de levensloopregeling. Bedragen aan levensloopverlofkorting die in voorafgaande jaren al zijn genoten worden in mindering gebracht.

Bedragen heffingskortingen 2015

Heffingskorting Jonger dan AOW-leeftijdAOW-leeftijd en ouder
2015        20142015        2014
Maximale algemene heffingskorting lagere inkomen€ 2.203€ 2.103€ 1.123€ 1.065
Maximale algemene heffingskorting hogere inkomens€ 1.342€ 1.366€ 685€ 693
Maximale arbeidskorting lagere inkomens€ 2.220€ 2.097€ 1.132€ 1.063
Maximale arbeidskorting hogere inkomens€ 184€ 367€ 94€ 186
Maximale werkbonus€ 1.119€ 1.119
Maximale inkomensafhankelijke combinatiekorting€ 2.152€ 2.133€ 1.097€ 1.081
Ouderschapsverlofkorting (per verlofuur)-€ 4.29
Alleenstaande-ouderkorting-€ 947€ 481
Maximale aanvulling op de alleenstaande-ouderkorting-€ 1.319€ 669
Jonggehandicaptenkorting€ 715€ 708
Ouderenkorting€ 1.042€ 1.032
Ouderenkorting boven een inkomen van € 35.770 (2014: € 35.450)€ 152€ 150
Alleenstaande ouderenkorting€ 433€ 429
Korting groene beleggingen0.7%¹0.7%¹0.7%¹0.7%¹
Tijdelijke heffingskorting voor VUT en prepensioen€ 61€ 121
Levensloopkorting (per jaar van deelname tot 2012)€ 207€ 205

¹ van de vrijstelling in box 3

Algemene Heffingskorting

Vanaf een inkomen van € 19.822 (2014: € 19.645) wordt de algemene heffingskorting lager naarmate het belastbare inkomen uit werk en woning stijgt. Vanaf dit bedrag wordt de algemene heffingskorting afgebouwd met 2,32% (2014: 2%). De algemene heffingskorting kan – ongeacht de hoogte van het belastbare inkomen uit werk en woning – evenwel niet lager worden dan € 1.342 (2014: vanaf AOW-leeftijd € 685). Zie voor de overige bedragen van de algemene heffingskorting de overzichtstabel.

De uitbetaling van de algemene heffingskorting aan de minstverdienende partner wordt afgebouwd in 15 jaar tijd met 6,67% per jaar. De afbouw is gestart in 2009. Dit betekent dat er in 2015 ten hoogste 53 1/3% (2014: 60%) of € 1.175 (2014: € 1.262) van de algemene heffingskorting wordt uitbetaald aan de minstverdienende partner. Deze afbouw geldt niet voor de belastingplichtige die geboren is vóór 1 januari 1963.

Arbeidskorting

Met ingang van 2014 wordt de arbeidskorting voor hogere inkomens in drie stappen verder afgebouwd, uiteindelijk tot nihil.

Per 1 januari 2015 start de afbouw (4% van het deel van het arbeidsinkomen dat hoger is dan het drempelbedrag) van de arbeidskorting bij een inkomen van € 49.770 (2014: € 40.721). De arbeidskorting wordt in 2015 niet verder afgebouwd dan tot € 184 (2014: € 367) voor belastingplichtigen tot de AOW-leeftijd en tot € 94 (2014: € 186) voor belastingplichtigen vanaf de AOW-leeftijd. Zie voor de overige bedragen van de arbeidskorting de overzichtstabel.

Werkbonus

De werkbonus vervalt vanaf 1 januari 2015. Dat geldt alleen voor mensen die op dat moment nog 61 jaar moeten worden. Mensen die op 1 januari 2015 61 of ouder zijn, kunnen in aanmerking blijven komen voor deze heffingskorting. De voorgaande jaren was dat al vanaf 60 jaar. Elk jaar schuift de grens een jaar op waardoor er geen “nieuwe gevallen” meer bij komen. De overige voorwaarden zijn gelijk gebleven.

Met ‘nieuwe gevallen’ wordt bedoeld werknemers die zonder aanpassing van de regelgeving wel recht hadden gehad op de werkbonus als ze de gerechtigde leeftijd zouden hebben bereikt. De uitsluiting geldt dus niet voor mensen die voorheen wel recht zouden hebben gehad als ze arbeidsinkomen hadden gehad, maar doordat ze bijvoorbeeld werkloos waren de werkbonus niet konden toepassen.

Voorbeeld 1) Een werknemer die op 1 januari 2015 60 jaar is had zonder aanpassing van de regelgeving wel recht gehad op de werkbonus, maar door de wetswijziging nu niet.

Voorbeeld 2) Een werknemer die in 2015 62 jaar is en in maart 2015 gaat werken mag de werkbonus – mits voldaan aan de voorwaarden – wel toepassen, ondanks dat hij deze voor het eerst toepast.

De inkomensafhankelijke combinatiekorting

De inkomensafhankelijke combinatiekorting geldt voor minstverdienende partners en alleenstaande ouders die de zorg hebben voor kinderen onder de 12 jaar. Het basisbedrag van deze heffingskorting is € 1.033 (2014: € 1.024) indien met werken een arbeidsinkomen van minimaal € 4.857 (2014: € 4.814) wordt verdiend of indien er recht bestaat op de zelfstandigenaftrek. Voor elke euro die meer wordt verdiend dan € 4.857 (2014: € 4.814) loopt de inkomensafhankelijke combinatiekorting met 4% op tot maximaal € 2.152 (2014: € 2.133).

Ouderschapsverlofkorting

Deze korting is vervallen per 1 januari 2015 in verband met de hervorming en versobering van de kindregelingen (Wet hervorming kindregelingen).

Voor 2014 geldt:

De ouderschapsverlofkorting geldt voor de belastingplichtige die in 2014 gebruik maakt van zijn wettelijke recht op ouderschapsverlof. De korting wordt berekend door het aantal uren ouderschapsverlof in het kalenderjaar te vermenigvuldigen met een bedrag van 50% van het bruto minimumuurloon per opgenomen verlofuur en bedraagt voor 2014 € 4,29 per verlofuur. De korting bedraagt niet meer dan de terugval in het belastbare loon in 2014 ten opzichte van 2013.

Alleenstaande-ouderkorting

Deze korting is vervallen per 1 januari 2015 in verband met de hervorming en versobering van de kindregelingen (Wet hervorming kindregelingen).

Voor 2014 geldt:

Een belastingplichtige heeft recht op de alleenstaande-ouderkorting als hij in 2014 meer dan zes maanden:

  • geen partner heeft;
  • een huishouding voert met een kind dat hij in belangrijke mate onderhoudt en dat op hetzelfde woonadres ingeschreven staat;
  • deze huishouding voert met geen ander dan kinderen die op 1 januari 2014 de leeftijd van 18 jaar niet hebben bereikt.

De hoogte van de alleenstaande-ouderkorting bedraagt € 947. Dit bedrag wordt vermeerderd met 4,3% van het arbeidsinkomen, maar maximaal met 1.319 indien het kind bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 16 jaar niet heeft bereikt. Het arbeidsinkomen is het gezamenlijke bedrag van hetgeen door de belastingplichtige met tegenwoordige arbeid is genoten als winst uit een of meer ondernemingen, loon en resultaat uit een of meer werkzaamheden.

Jonggehandicaptenkorting

De jonggehandicaptenkorting bedraagt € 715 (2014: € 708) en geldt voor de belastingplichtige die in het kalenderjaar recht heeft op een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (een zogenoemde Wajonguitkering), tenzij voor hem de ouderenkorting geldt. Belastingplichtigen komen ook voor de jonggehandicaptenkorting in aanmerking, indien weliswaar recht bestaat op een Wajonguitkering, maar niet daadwerkelijk een Wajonguitkering wordt ontvangen vanwege het hebben van een andere uitkering of ander inkomen uit arbeid.

Ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de ouderenkorting als hij op 31 december 2014 de AOW leeftijd heeft bereikt en een verzamelinkomen heeft van niet meer dan € 35.770 (2014: € 35.450). De ouderenkorting bedraagt € 1.042 (2014: € 1.032). De ouderenkorting bedraagt € 152 (2014: € 150) bij een inkomen boven de € 35.770.

Alleenstaande ouderenkorting

Een belastingplichtige heeft recht op de alleenstaande ouderenkorting als hij recht heeft op een AOW-uitkering voor alleenstaanden. De alleenstaande ouderenkorting bedraagt € 433 (2014: € 429).

Korting voor groene beleggingen

Per 1 januari 2013 is er uitsluitend een heffingskorting voor de belastingplichtige met groene beleggingen. De korting bedraagt in 2015 0,7% (2014: 0,7%) van het bedrag dat daarvoor is vrijgesteld op grond van de bepalingen in box 3.

Tijdelijke heffingskorting voor VUT en Prepensioen

De tijdelijke heffingskorting voor VUT en prepensioen geldt voor de belastingplichtige die de AOW-leeftijd nog niet heeft bereikt en die een uitkering geniet ingevolge een pensioenregeling of een regeling voor vervroegde uittreding waarop de inkomensafhankelijke bijdrage voor de ZVW wordt ingehouden. De heffingskorting bedraagt in 2015 0,33% (2014: 0,67%) van deze uitkeringen met in 2015 een maximum van € 61 (2014: € 121).

Levensloopverlofkorting

De levensloopregeling is afgeschaft per 1 januari 2012. De levensloopverlofkorting vervalt daardoor ook. De in het verleden opgebouwde levensloopverlofkorting blijft intact voor deelnemers die op 31 december 2011 een saldo op hun levensloopregeling hebben staan.

De levensloopverlofkorting is gelijk aan het bedrag van het opgenomen levenslooptegoed, maar ten hoogste € 207 (2014: € 205) per jaar waarin is gestort in de levensloopregeling. Bedragen aan levensloopverlofkorting die in voorafgaande jaren al zijn genoten worden in mindering gebracht.

Print Friendly, PDF & Email
  • BOX 1 | INKOMEN UIT WERK EN WONING
    • Aanslaggrens
    • Afschrijving Bedrijfsmiddelen
    • Afschrijving Onroerende Zaken
    • Aftrek speur- en ontwikkelingswerk
    • Aftrekbare Giften
    • Eigen Woning
    • Energie-investeringsaftrek (EIA)
    • Heffingskorting Inkomstenbelasting
    • Investeringsaftrek
    • Kamerverhuurvrijstelling
    • Lijfrenteaftrek
    • Meewerkende echtgeno(o)t(e)
    • Milieu-investeringsaftrek (MIA)
    • MKB Vrijstelling
    • Ondernemersfaciliteiten
    • Oudedagsreserve
    • Reisaftrek
    • Research & Developmentaftrek
    • Stakingsaftrek
    • Tarieven Inkomstenbelasting Box 1
    • Terbeschikkingstellingsvrijstelling
    • Van aftrek uitgesloten kosten
    • Verliesverrekening box 1
    • Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (VAMIL)
    • Willekeurige afschrijving starters
    • Zelfstandigenaftrek

Over Ons

De Lorijn Accountants en Belastingadviseurs en RPD Fiscaal vormen samen in Nijmegen een accountants- en belastingadvies kantoor voor het midden- en kleinbedrijf die u als ondernemer terzijde staat bij het ondernemen waarbij een individuele benadering, optimale service en hoogwaardige kwaliteit en maatwerk centraal staat.

Meest recente actualiteiten

  • Mobile HR (salaris)app stopt op 31 maart
  • Eigenrisicodragerschap vóór 1 april aanvragen of opzeggen
  • Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) per 1 maart open
  • Vraag op tijd SLIM subsidie aan
  • Vanaf 15 maart mogelijk definitieve aanvraag NOW 2 in te dienen

Onze diensten

  • Advisering
  • Begeleiden startende ondernemers
  • Administratie
  • Fiscale werkzaamheden
  • Jaarrekening
  • Salarisadministratie
  • Overig

De Lorijn Accountants en Belastingadviseurs en RPD Fiscaal vormen samen in Nijmegen een accountants- en belastingadvies kantoor voor het midden- en kleinbedrijf die u als ondernemer terzijde staat bij het ondernemen waarbij een individuele benadering, optimale service en hoogwaardige kwaliteit en maatwerk centraal staat.

AANGESLOTEN BIJ

ONZE DIENSTEN

  • Advisering
  • Begeleiden startende ondernemers
  • Administratie
  • Fiscale werkzaamheden
  • Jaarrekening
  • Salarisadministratie
  • Overig

Contact gegevens

  • Mr. Franckenstraat 88-90, 6522 AH Nijmegen
  • 024 360 5599
  • 024 360 7009
  • info@lorijn.nl
  • Vind ons op de kaart

Disclaimer | Algemene Voorwaarden | Klokkenluidersregeling | Privacyreglement | Vacatures | Twitter | Facebook | LinkedIn