Als een ondernemer in 2020 maximaal € 323.544 investeert in bedrijfsmiddelen, heeft hij in beginsel recht op de investeringsaftrek voor kleinschalige investeringen (KIA). In een recent arrest heeft de Hoge Raad bepaald hoe deze KIA tussen de deelnemers van een samenwerkingsverband moet worden verdeeld.
KIA
De KIA is een extra tegemoetkoming voor bedrijven die kleinschalig investeren. De KIA bedraagt in 2020 maximaal € 16.307. De KIA loopt vanaf een bepaald investeringsbedrag langzaam af naar nihil als het investeringsbedrag € 323.544 of meer bedraagt.
Welke KIA voor samenwerkingsverband?
Er is al een tijdje discussie over de vraag hoe de KIA moet worden berekend bij een samenwerkingsverband van ondernemers, zoals een vof of maatschap. De wettekst is hier niet helemaal duidelijk over.
In een eerdere uitspraak van het hof Gelderland werd bepaald dat iedere deelnemer in het samenwerkingsverband recht had op een bedrag aan KIA dat gelijk was aan de KIA voor het samenwerkingsverband. De Hoge Raad acht deze uitleg echter niet overeenkomstig de bedoeling van de wetgever.
Toerekenen aan individuele ondernemer
De Belastingdienst rekende ook anders dan volgens de uitspraak van het hof Gelderland zou moeten. De dienst rekende tot nu toe de KIA van het samenwerkingsverband voor een evenredig deel toe aan iedere ondernemer in het samenwerkingsverband. De Hoge Raad is het daarmee eens.
Buitenvennootschappelijke investeringen
Heeft een ondernemer naast een samenwerkingsverband ook nog buitenvennootschappelijke investeringen of andere ondernemingen, dan gelden weer andere regels voor het berekenen van de KIA, aldus de Hoge Raad.