Hogere bijtelling
De bijtelling voor nieuwe elektrische auto’s verdubbelt in 2020 naar 8% over de eerste € 45.000 van de cataloguswaarde. Dit is nu 4% over de eerste € 50.000. De bijtelling wordt daarna in stappen opgehoogd naar 12% over de eerste € 40.000 van de cataloguswaarde in 2021, 16% in 2022 en 17% in 2025. Vanaf 2026 geldt voor een elektrische auto dezelfde bijtelling van 22% als voor een gewone auto.
Geen accijnsverhoging benzine, wel diesel
De voorgenomen accijnsverhoging op benzine gaat niet door. De reden hiervoor zou zijn dat het kabinet de niet-elektrisch rijdende automobilist niet wil laten opdraaien voor de kosten die gepaard gaan met het stimuleren van elektrisch rijden. De accijns op diesel wordt zowel in 2021 als in 2023 met een cent verhoogd.
Afbouw stimulering afhankelijk van verkoop
Jaarlijks zal worden bekeken in hoeverre de verkoop van elektrische auto’s de verwachting overtreft. Als er meer elektrische auto’s worden verkocht dan verwacht, wordt de stimulering ervan versneld afgebouwd.
Wat scheelt dat nu?
Als de bijtelling voor elektrische auto’s gelijkgesteld wordt aan die voor gewone auto’s, kost een elektrische auto van de zaak de gemiddelde automobilist maximaal ongeveer € 280 per maand netto extra, uitgaande van de momenteel bekende cijfers. Wat het werkelijk gaat kosten, is onder meer afhankelijk van de cataloguswaarde.
De verhoging naar 8% volgend jaar kost de gemiddelde automobilist met een auto met een cataloguswaarde van € 40.000 ongeveer € 50 per maand netto extra.
Rekeningrijden
In het Klimaatakkoord staan nog meer maatregelen om in 2030 49% minder CO2 uit te stoten ten opzichte van 1990. Een daarvan is rekeningrijden dat dan per 2026 zal worden ingevoerd. Bij rekeningrijden betaalt de automobilist per gereden kilometer. In het Klimaatakkoord worden drie varianten van rekeningrijden, die nog nader onderzocht worden, genoemd.