Gisteren is door de overheid bekend gemaakt dat er verregaande maatregelen worden getroffen in de strijd tegen het coronavirus. Onder andere de scholen, de kinderopvangcentra en alle horecabedrijven moeten sluiten. De scholen en kinderdagverblijven blijven alleen open voor kinderen van ouders die in vitale beroepen werken, zoals in de zorg of bij de hulpdiensten. Welke beroepen precies onder de noemer ‘vitaal’ worden gerekend, staat op een lijst van de NCTV. Deze lijst wordt vandaag waarschijnlijk nog uitgebreid. Ook de tandartsen en mondhygiënisten worden door de mondzorgkoepels KNMT, ANT, NVM en ONT geadviseerd om tot zeker 6 april de reguliere zorgverlening op te schorten en over te gaan op het uitsluitend behandelen van spoedzaken bij niet-coronapatiënten. Daarover hebben ze overlegd met het ministerie van Volksgezondheid en het RIVM.
Tot op heden zijn er door de overheid al verschillende maatregelen in het leven geroepen zoals de werktijdverkorting, borgstelling door de overheid en uitstel van betalen van belasting.
Uitstel van betalen van belasting is een manier om tijdelijke liquiditeitstekorten op te vangen. Let hier wel op! Er is sprake van uitstel en niet van afstel, enige tijd later zal de belasting alsnog moeten worden betaald. Ook is het mogelijk om de voorlopige aanslag vennootschapsbelasting/inkomstenbelasting over 2020 te verlagen indien duidelijk wordt dat de verwachte winst door het coronavirus aanmerkelijk lager zal zijn dan eerst werd verwacht.
Meer informatie over uitstel van betalen van belasting vindt u hier.
De borgstelling door de overheid voor het midden- en kleinbedrijf houdt in dat de overheid borg wil staan voor de kredieten aan ondernemers, zodat zij makkelijker geld kunnen lenen bij kredietverstrekkers, zoals banken. Met de ingevoerde verruimingsmaatregel wordt de omvang van het borgstellingskrediet in de BMKB verhoogd van 50% naar 75%. Bovendien is de regeling ook toepasbaar op overbruggingskredieten en rekening courant kredieten met een looptijd tot 2 jaar.
Meer informatie over de BMKB-regeling vindt u hier.
Een andere belangrijke maatregel betreft de werktijdverkorting. Bedrijven mogen onder bijzondere omstandigheden (zoals nu met het coronavirus) de werktijd van hun personeel verkorten. Dit is alleen toegestaan als een bedrijf gedurende minimaal 2 en maximaal 24 weken, minstens 20% minder werk heeft. Werktijdverkorting betekent dat een aantal mensen binnen het bedrijf minder uren gaat werken. Werktijdverkorting geldt voor werknemers waarvoor de werkgever een loondoorbetalingsplicht heeft. Voor uitzendkrachten of oproepkrachten met een nul-urencontract geldt dat dus niet.
Voor de werktijdverkorting geldt een eigenrisicoperiode van 2 weken bij een terugval van 100%. De vergunning is 6 weken geldig, indien de terugval dus langer duurt dan zal er op tijd een verlenging aangevraagd moeten worden. Zodra de vergunning is verkregen kan het verzoek voor de WW-uitkering worden ingediend bij het UWV. De uitkering wordt na het aflopen van de vergunning toegekend, het personeel dient wel gewoon te worden doorbetaald.
Meer informatie over de werktijdverkorting vindt u hier.
Op de site van Ministerie van CWZ kan ook meer informatie gevonden worden.
Het aanvragen van de vergunning dient dus te worden gedaan alvorens er een WW-uitkering aangevraagd kan worden. De aanvraag kan niet terugwerkend worden gedaan. Het is dus belangrijk dat indien u hier gebruik van wilt maken, dat de vergunning zo snel mogelijk wordt aangevraagd. De aanvraag kan digitaal op deze site gedaan worden. Het kan zijn dat de site op dit moment wegens drukte niet goed bereikbaar is.
Indien u nog vragen heeft naar aanleiding van dit bericht neem dan contact met ons op. Wij helpen u graag bij het aanvragen van de werktijdverkorting of kunnen met u overleggen over wat het coronavirus voor een impact heeft op uw bedrijf en/of uw persoonlijke situatie.