Op Prinsjesdag is nogmaals bevestigd dat de werkkostenregeling met ingang van 1 januari 2015 definitief wordt ingevoerd. Werkgevers konden al vanaf 1 januari 2011 gebruik maken van de werkkostenregeling, in plaats van het ‘oude systeem’ van vergoedingen en verstrekkingen. Toch hebben maar weinig werkgevers de overstap gemaakt. De verplichte invoering per 1 januari 2015 betekent dus voor veel werkgevers werk aan de winkel!
Op Prinsjesdag is aangekondigd dat de werkkostenregeling op een aantal punten wordt aangepast en vereenvoudigd met als doel de huidige bezwaren zoveel mogelijk weg te nemen en de uitvoerbaarheid aanzienlijk te verbeteren.
- Beperkte introductie van een noodzakelijkheidscriterium
Met het noodzakelijkheidscriterium is een vergoeding of verstrekking geen belastbaar loon als deze noodzakelijk is voor het werk. Bij toepassing van het noodzakelijkheidscriterium hoeft de werkgever geen rekening te houden met een eventueel privévoordeel van de werknemer. Voorlopig kan het noodzakelijkheidscriterium alleen worden toegepast voor gereedschappen en voor computers, mobiele communicatiemiddelen en dergelijke apparatuur.
2. Niet maandelijks maar jaarlijks afrekenen
U hoeft straks nog maar één keer per jaar vast te stellen wat de verschuldigde belasting is in het kader van de werkkostenregeling. Het is dan niet meer nodig om per aangiftetijdvak te toetsen of de vrije ruimte wordt overschreden. U geeft de verschuldigde belasting aan en draagt deze af bij aangifte van het eerste tijdvak van het volgende kalenderjaar.
3. Concernregeling voor samenvoeging van de vrije ruimte
Een concernregeling maakt het mogelijk om de vrije ruimtes binnen één concern samen te voegen. De concernregeling kan alleen worden toegepast als de moedermaatschappij voor minimaal 95% eigenaar is van de dochtermaatschappij(en).
4. Vrijstelling voor branche-eigen producten
De bestaande regeling voor personeelskorting wordt in de werkkostenregeling gecontinueerd in de vorm van een gerichte vrijstelling.
5. Gerichte vrijstelling maakt einde aan huidig onderscheid vergoedingen en verstrekkingen
De laatste maatregel is de invoering van een nieuwe gerichte vrijstelling voor een aantal werkplekgerelateerde voorzieningen waarvoor nu een nihilwaardering geldt. Om welke werkplekgerelateerde voorzieningen het gaat is op dit moment nog niet bekend, maar waarschijnlijk betreft het zaken als werkkleding en arbovoorzieningen. Voor deze voorzieningen verdwijnt het huidige onderscheid tussen vergoedingen en verstrekkingen.