Vanaf 2022 zijn niet alle arbovoorzieningen meer gericht vrijgesteld. Alleen arbovoorzieningen die verplicht zijn volgens de Arbeidsomstandighedenwet kunnen nog onder deze vrijstelling vallen.
Gerichte vrijstelling tot 2022
Als ergens een gerichte vrijstelling voor is, kan een werkgever dit onbelast aan zijn werknemers vergoeden, verstrekken of ter beschikking stellen. Vóór 2022 gold een gerichte vrijstelling voor alle arbovoorzieningen die voortvloeiden uit het arbobeleid van de werkgever.
Vanaf 2022: verplichte arbovoorzieningen
Vanaf 2022 geldt de gerichte vrijstelling alleen nog voor arbovoorzieningen die verplicht zijn volgens de Arbeidsomstandighedenwet. Denk hierbij bijvoorbeeld aan veiligheidsschoenen, een veiligheidsbril, maar ook bijvoorbeeld een ergonomisch verantwoorde bureaustoel en een beeldschermbril.
Is sprake van een luxere arbovoorziening dan noodzakelijk zoals een leren bureaustoel in plaats van een stoffen bureaustoel? Dan is de meerprijs niet gericht vrijgesteld. Deze meerprijs kan wel ten laste van de vrije ruimte komen. Daarnaast is een eigen bijdrage van de werknemer voor de meerprijs ook mogelijk.
Mogelijkheden voor andere arbovoorzieningen
Een cursus stoppen met roken, een stoelmassage, sportieve activiteiten en gezondheidschecks zijn vanaf 2022 in principe niet meer gericht vrijgesteld, ook niet als deze voorzieningen zijn opgenomen in het arbobeleid van de werkgever. Deze voorzieningen zijn namelijk over het algemeen niet verplicht volgens de Arbeidsomstandighedenwet.
Bepaalde arbovoorzieningen die over het algemeen niet verplicht zijn volgens de Arbeidsomstandighedenwet, kunnen dat in specifieke gevallen toch zijn. In dergelijke gevallen zal de gerichte vrijstelling op deze arbovoorzieningen toch van toepassing zijn.
Vrije ruimte
Een werkgever kan de niet langer gericht vrijgestelde voorzieningen altijd nog, voor zover deze gebruikelijk zijn, ten laste van zijn vrije ruimte brengen. Zolang de werkgever nog voldoende vrije ruimte heeft, zal de voorziening dan ook onbelast zijn. Bij overschrijding van de vrije ruimte bedraagt de eindheffing 80% over deze overschrijding.
Bron: SRA